Open Monumentendagen 2015

In September was het weer zover.

Op zondag 13 September is er weer de jaarlijkse hoogmis voor de bewonderaars en verdedigers van het onroerend erfgoed, de ‘Open Monumentendag’. Alhoewel het in Europa de ‘European Heritage Days’ heet en in veel landen alle vormen van erfgoed op die dag geëerd worden, mogen bij ons alleen de gebouwen, sites, landschappen, archeologische vindplaatsen, en ook het ‘mobiel’ erfgoed (schepen, treinen, trams) mee doen aan de Open Monumentendag.

In het kader van de globale campagne die dit jaar in alle landen door vrijwilligers en verenigingen gevoerd wordt om meer aandacht te vragen vragen voor het industrieel en technisch erfgoed, werd door de Raad van Europa en door de coördinatoren van de European Heritage Days een globaal thema voor deze dagen naar voor geschoven.
Inderdaad, het Europees thema voor 2915 is het industrieel en technisch erfgoed.
Het is ook voor de eerste keer in de geschiedenis dat zo’n globaal Europees thema bepaald wordt - iets wat de industrieel-erfgoedorganisaties op hun conto kunnen schrijven.
In sommige landen wordt het erfgoed van nijverheid en techniek met tromgeroffel en fanfaren op het podium gehesen, o.m. in Duitsland, Ierland, Finland, Spanje, IJsland, Zweden,... In andere landen is het een subthema of worden - afhankelijk van de erfgoedpolitiek van dat land - industriële monumenten schoorvoetend opgenomen.
Zie daarover meer op http://www.industrialheritage2015.eu

In Vlaanderen zijn we een middenmoot.
Eigenlijk is er bij ons geen thema, is de keuze ‘open’, maar zijn er wel zes ‘categoriën’:
▸ Verborgen parels: exclusief erfgoed, onbekend omdat het niet vaak opengesteld wordt
▸ Klassiekers: bekend erfgoed maar daarom niet minder waardevol
▸ Vergeet-me-nietjes: klein erfgoed, erg aanwezig in het straatbeeld, maar toch onbekend
▸ Herbestemming/Restauratie: onroerend erfgoed op zijn best, met nieuwe invulling aangepast aan hedendaags gebruik maar met respect voor de erfgoedwaardes, een perfecte symbiose van oud en nieuw
▸ Voor families met kinderen: openstellingen en activiteiten waar iets bijzonders en specifieks wordt georganiseerd voor de erfgoedzorgers van morgen
en tenslotte ook het ‘Europees thema in 2015': de rode draad doorheen het Europese OMD-programma in 2015 is industrieel en technisch erfgoed

Meedoen dus - vrijwilligers en verenigingen kunnen zich met man en macht inzetten om het industrieel en technisch erfgoed een prominente plaats in het programma te geven.

En, dat kan...
Want vanaf dit jaar kan iedereen, gaande van openbare besturen tot en met eigenaars en erfgoedverenigingen, zelf gebouwen en sites in het programma laten opnemen. Daarvoor moet men niet meer via een lokaal Open Monumentencomité werken. Die OMD-comités zijn/waren veelal vanuit de gemeenten en de gemeentelijke organisaties georganiseerd. Nu kunnen in de nieuwe politiek dus ook ‘minder gegeerde’ en zelfs ‘betwiste’ monumenten in de schijnwerpers gezet worden - het hang volledig van de initiatiefnemers af.
▸ Informatie over de nieuwe aanpak van de OMD vindt men op
  http://sector.openmonumenten.be/
▸ Deelnemende gebouwen en sites kan men voor het programma registreren via
  https://login.openmonumenten.be/

Voor het industrieel erfgoed is dit een belangrijk gegeven.
Industrieel erfgoed is immers niet in alle gemeenten populair. Een stad met een onmetelijk rijk industrieel erfgoed, Gent, kiest in 2015 zelfs voor ‘klein religieus erfgoed’. We hopen dat ze daarmee ook de kapelletjes in de Gentse beluiken bedoelen.
Het zal dus sterk afhangen van lokale organisaties, vrijwilligers, om het industrieel en technisch erfgoed prominent op het programma van de OMD 2015 te krijgen.

Aandacht vestigen op...

VVIA stelt o.m. voor dat vanuit onze basis-beweging tijdens de OMD vooral aandacht te vestigen op
▸ onbekend en ongezien industrieel erfgoed: het gietijzer in het straatlandschap (kelder- en riooldeksels, regenwaterpijpen, afsluitingen, ... - vaak met de namen van gieterijen en een datum), opschriften, en andere sporen die getuigen van een vroeger industrieel verleden
▸ fabrieksschoorstenen - in het kader van de Europese actie rond deze (ze verdwijnen overal bij bosjes) - we kunnen hiermee goed aansluiten met de Europese campagne rond dit thema, dat vanuit Roubaix gecoördineerd wordt, zie: http://industrialheritage2015.eu/chimneys
▸ herbestemd industrieel erfgoed - waarbij de discussie niet mag uit de weg gegaan worden over hoeveel er van het erfgoed nog overblijft na herbestemming
▸ bedrijfjes waar nog een oud productieproces in gebruik is - dit in het kader van de Europese beweging Enterprise Industrial Heritage
▸ en vooral: bedreigd industrieel erfgoed - gebouwen en sites die dreigen te verdwijnen, waarvan we niet zeker zijn dat ze volgend jaar nog bestaan.

VVIA zal graag promotie maken voor Uw OMD-initiatief en kan U ook met raad bijstaan indien U een industriële site openstelt.

Tenslotte:
In alle landen moet de toegang tot de opengestelde monumenten op de European Heritage Days gratis zijn. Dat betekent niet dat men dan niet aan fondsenwerving mag doen. De enkele jaren geleden ter ziele gegane Britse ‘Civic Trust’ (de koepel van de erfgoed- en milieuorganisaties, “Caring for Places where People Live and Work”) die indertijd instond voor de organisatie en coördinatie van de EHD in Groot-Brittannië, stelde zelfs duidelijk dat de Heritage Days de ideale gelegenheid vormden voor fonsenwerving. Het toegestroomde publiek was maar al te graag bereid om publicaties, brochures, souveniertjes en hebbedingetjes te kopen. Om geld te steken in de obligate ‘donation box’. Om zich te laten e=inschrijven als steunend of beschermend lid... De meeste Britse organisaties keken dan ook reikhalzend uit naar die dag om hun kas te spekken, om leden te werven...
Maar er is meer.
De Civic Trust schoof ook naar voor de de Heritage Days hét moment waren voor ‘heritage defence’. Om bedreigde monumenten in de aandacht te brengen. Om druk uit te oefenen om sloping van gebouwen tegen te gaan. Om verwaarlozing te laten zien en aan te klagen. Het was niet de bedoeling om alleen maar mooie plaatjes en succesverhalen voor te schotelen - maar ook om duidelijk te maken dat veel erfgoed (zelfs aan de overzijde van het Kanaal) nog steeds bedreigd is en dat het maar dank zij de inzet van het publiek, van de burger, gered kan worden. De Britse EHD’s waren toen altijd een prachtige mix die toonden wat kon, maar die de sites lieten zien ‘die wachten op wat kan’.