Herbestemming

Vervallen industriële gebouwen zijn kankerplekken in hun omgeving. Ze worden als storend ervaren, halen de kwaliteit van de buurt naar beneden, creëren een onveiligheidsgevoel,...
Afbreken dan maar ?
Opkuisen, proper maken ?

Maar,
vervallen gebouwen kunnen ook opgeknapt worden en functioneren als symbolen van het herleven van een buurt, van het herwinnen van zelfbesef en zelfzekerheid, van het vernieuwend voortbouwen op de 'roots' van die omgeving.
De 'waarde' van een gebouw voor zijn omgeving spruit niet zozeer voort uit de materialen waarmee dat gebouw opgetrokken is, of uit zijn stijl en architectuur - maar wel uit wát er met dat gebouw gebeurt, hoe men het gebruikt, hoe het met zijn omgeving en de maatschappij interageert. Het uniekste historisch gebouw is 'waardeloos' wanneer het eenzaam en vergeten langzamerhand verkommert, wanneer niemand er zich om bekommert. Een bescheiden gebouw dat goed en actief functioneert, dat door de maatschappij gebruikt wordt, krijgt door zijn functioneren meerwaarde.
Zingeving van een materieel relict moet niet zozeer gezocht worden in dat relict an-Sich, wel aan de wijze waarop wij met dat relict omspringen, door de functies die het krijgt en/of vervult.

Vanaf de eerste helft van de jaren 1970 werd, eerst in de Angelsaksische wereld, kort nadien in Noord-Frankrijk, gevolgd door andere landen, nagedacht over herbestemming van industriële panden.
In 1985 organiseerde VVIA de eerste studiedag en een tentoonstelling over herbestemming, en publiceerden we ook een eerste brochure

Maar herbestemming kwam maar héél langzaam op toerental.
Terwijl, mede als gevolg van de strikte reglementering en belasting op de leegstand van bedrijfsgebouwen de slopers fortuinen verdienden...