De 10 speerpunten

In heel Europe worden burgers, verenigingen, overheden, instellingen - kortom iedereen opgeroepen om zich in 2018 op een speciale wijze in te zetten voor en activiteiten te organiseren om erfgoed in de aandacht te plaatsen.
Dit kunnen brede informatiecampagnes zijn, maar ook kleinschalige evenementen in een gemeente, educatieve projecten, campagnes om burgers en overheden bewust te maken van de waarde en de mogelijkheden van erfgoed. Daarnaast zullen er op Europees niveau speciale activiteiten georganiseerd worden, in een samenwerking tussen de Europese Commissie, het Parlement, de Europese Raad, het Comité van de Regio's en het Europees Economisch en Sociaal Comité. Er werden lijnen uitgezet naar de Raad van Europa en UNESCO.

Er worden vanuit de Europese Commissie tien speerpunten, verdeeld over vier 'hoofdstukken' naar voor geschoven.

1) Het engagement van de burger aansporen, door

  • het Europees erfgoed, de gemeenschappelijke geschiedenis en de gedeeldfe waarden dichter bij de burger te brengen
  • het belang van het erfgoed in de school en de opleiding te integreren, om zo de jongeren zo vroeg mogelijk in conbtact te brengen met deze schatten
  • en jongeren aan te zetten om zich voor het erfgoed te engageren

Dit zijn elementen die ook al besproken werden tijdens de E-FAITH workshop in januari in Barcelona. Zo zal wordt het thema van het jaarlijkse E-FAITH-weekend, op 20-22 oktober 2017 "Industrial Heritage – exploring opportunities for education and lifelong learning. VVIA zal tijdens deze bijeenkomst een rapport voorstellen over de ervaringen met het EUmillennialsTOUR-project..
Eén van de prioriteiten die door E-FAITH vooropgesteld werden gaat ook over het betrekken en engageren van jongeren voor industrieel en technisch erfgoed
In 2018 wordt het thema van het weekend "Industrialization, science and technology, Key to European integration

2. (Her)waarderen van het erfgoed

  • hier wordt de aandacht besteed aan de herbestemming en de beeldvorming voor industriële, religieuze en militaire sites
  • en aan de duurzame toeristische ontsluiting van erfgoed

Ook deze thema's liggen het industrieel erfgoed uitstekend. Vanuit VVIA zijn we reeds sedert 1984 bezig met het aanmoedigen van herbestemming en één van de voorgestelde thematische maanden in 2018 zou precies dit thema als onderwerp krijgen.
Voor wat betreft industrieel erfgoedtoerisme, ook daarmee was VVIA reeds sedert 1987 bezig en onlangs konden we in samenwerking met en voor E-FAITH belangrijke ervaringen opdoen, zowel in het EUmillennialsTOUR-project als in het project Genius Loici / Industriana. Dit laatste wordt einde september in Brussel plechtig afgesloten, maar legde de basis van een labelling met QR-code van industriële sites en collecties en tijdens volgende maanden zal VVIA een aantal thematische test-routes ontwerpen.

3. Werken aan behoud en bescherming

  • zorg dragen voor het erfgoed, het 'vertroetelen', standaarden en normen op punt stellen om kwalitatieve ingrepen in historische omgevingen en in/op erfgoedsites te garanderen
  • aandacht hebben voor bedreigd erfgoed, o.m. de strijd opvoeren tegen de illegale handel in erfgoedobjecten en zorgen voor risicobeheer in/van erfgoedsites

Ook hier moet het industrieel erfgoed een hartig woordje meespreken. We bemerken immers dat bij herbestemming van industrieel erfgoed de normen vaak veel 'losser' gehanteerd worden dan bij traditioneel erfgoed. "Het is toch maar een oude fabriek en dat oud ijzer staat ons overal in de weg"...
Voor moderne kunst(sic)werken worden fortuinen betaald, en worden de meest gesofistikeerde en dure conservatie- en restauratietechnieken toegepast - terwijl de resten van een ooit ‘geredde’ stoommachine ei zo na in het schoot verdwenen, en nog dreigen te verdwijnen. Want dat is maar “oud ijzer” en neemt veel plaats in...
Industrieel erfgoed is om vele redenen bedreigd erfgoed, omdat beslissingsnemers er het belang niet van inzien - tot het te laat is. In alle landen zetten verenigingen en vrijwilligers zich vandaag in voor het redden van dat erfgoed, een avant-garde die niet altijd gerespecteerd wordt, vaak in een verdomhoekje geduwd wordt. Vandaar dat binnen E-FAITH gedacht wordt aan de organisatie van een internationale solidariteit, waarbij vrijwilligers en verenigingen gelijkgestemden uit andere landen en regio’s kunnen bijstaan in hun strijd voor het behoud van industriële sites en collecties.
Maar er is meer. Het industrieel erfgoed getuigt van een globalisering-avant-la-lèttre. Vlaamse stoommachines en bruggen bleven bewaard in verschillende andere Europese landen, waar onze Vlaamse wet- en regelgeving (ondanks hun uniek belang) geen vat op heeft - en het plaatselijk erfgoedbeleid geen belan,gstelling heeft of geen prioriteit legt bij die vreemde eend in de bijt. Waar dat kan toe leiden (lijden) ondervonden we bij de (verloren) strijd voor de laatste Congoboot, de 'Charlesville', die als (Duits) beschermd erfgoed in Rostock lag maar voor de Landesregierung en de stad Rostock geen prioriteit waren ondanks alle tussenkomsten vanuit Vlaanderen. Het schip rust nu op de bodem van de Baltische Zee voor de kust van Gdynia -) in Poolse territoriale wateren... Ook in Vlaanderen bevinden zich toestellen die in andere landen geconstrueerd werden, soms zijn sites daardoor een unicum in Europa zonder dat de beslissingsnemers bij ons daarvan bewust zijn en daar naar handelen.
Hoe kunnen we vanuit VVIA deze aspecten aankaarten? En kunnen we voor een aantal representatieve elementen een actie of activiteit opzetten?

 

4. Innovatie in de erfgoedsector

  • opleiding verzorgen en verzekeren, het aanmoedigen en organiseren van opleiding en vorming inzake zowel traditionele als nieuwe beroepen voor de erfgoedwereld
  • 'Erfgoed voor iedereen' - het bevorderen van participatie en sociale vernieuwing ten voordele van de erfgoedsector
  • bevorderen van wetenschap en onderzoek, innovatie, wetenschap en techniek voor een beter behoud en ontsluiting van erfgoed

Ondanks het feit dat voor behoud en restauratie van industrieel en technisch erfgoed tal van nieuwe techniekenb toegepast (kunnen) worden, wordt er op dit vlak zo goed als geen onderzoek gedaan - en zijn de opleidingen voor gespecialiseerde conservators-restaurators uiterst dun gezaaid in Europa. In vele gevallen leert men de job ‘hands on’ al doende. Of bezorgt men een uniek toestel aan een beroepsschool met de boodschap “zorg dat je het opnieuw aan het draaien krijgt. Een ‘gerestaureerde’ oldtimer ziet er vaak oud uit, maar veel van het originele historische materiaal is vervangen en verdwenen. De ethische codes van het beroep van conservator-restaurator zijn niet gekend of toegepast.
In onze sector kunnen we maar pleiten voor meer en beter wetenschappelijk onderzoek, evenals een doorgedreven kwaliteitszorg inzake conservatie-restauratie van industrieel en technisch erfgoed

Naast onderzoek naar en toepassing van nieuwe technieken voor conservatie-restauratie van industrieel erfgoed is echter ook het aspect van behoud van 'wat niet te bewaren' is belangrijk. Erfgoedzorg betekent ook dat wat onherroepelijk verloren zal gaan zo goed en degelijk mogelijk gedocumenteerd moet worden, om de wetenschappelijke informatie voor volgende generaties veilig te stellen. Bij herbestemming gaan vaak belangrijke sporen verloren - voor een architect is het zo gedetailleerd registreren van een slijtspoor of een aanduiding van een vroeger proces immers niet belangrijk bij het opmaken van een plan voor een nieuw gebruik van een ruimte. Wanneer een onderdeel van een machine vervangen moet worden omwille van hedendaagse veiligheidsnormen is het belangrijk om de aard en plaats van het vervangen onderdeel zo goed mogelijk te registreren - eventueel om het onderdeel voor later onderzoek opzij te leggen zoals men ook doet met al de scherven die uit een archeologische opgraving opgedolven wiorden.
Vandaag zijn onze erkende roerend- en onroerend erfgoeddepots daarvoor niet uitgerust, laat staan dat ze plaats en middelen hebben om volumineuze en zware toestellen (zoals een stoommachine) tijdelijk op te slaan tot er betere tijden komen...

En tenslotte moeten we werk maken van goeie en nieuwe technieken voor de interpretatie en ontsluiting van industrieel erfgoed voor een publiek dat weinig achtergrond heeft van de geschiedenis van nijverheid en techniek, en/of van techniek als dusdanig. Inderdaad, we weten vaak meer over het leven ten tijde van de farao's of over de vrouwen van Hendrik VIII, dan over grote namen als Vierendeel, Baekeland, Magnel,...
Hoe brengen we dat verhaal ? Hoe presenteren we het industrieel erfgoed?
Hoe schrijven een we een goed scenario voor interpretatie en presentatie van het industrieel erfgoed, voor een museum, voor een gebouw, voor een regio ?
Dat is niet alleen een optelsom van technieken en technieken, of van vormgeving en design.
In de loop van volgend jaar zou E-FAITH graag in samenwerking met Interpret Europe (de Europese vereniging voor ‘heritage interpretation’) enkele workshops organiseren over interpretatie en presentatie van industrieel erfgoed. VVIA heeft zich alvast kandidaat gesteld om voor één van deze gastheer te spelen - we kunnen er in Vlaanderen maar voordeel uit halen.

 

2018 wordt ongetwijfeld een boeiend, bruisend, druk, hectisch erfgoedjaar.
Een jaar waarin het industrieel en technisch erfgoed op zijn achterste poten zal moeten staan.
Om zijn positie en specificiteiten binnen het erfgoedwereldje duidelijk te stellen.
VVIA is er klaar voor.
In het jaar waarin we onze veertigste verjaardag vieren, onafhankelijk en ongebonden, kunnen we terugvallen op onze ervaring van vier decennia, de kennis en ervaringen van onze vrijwilligers, en de netwerken en contacten die we in de loop van al die jaren konden opbouwen.
VVIA is klaar voor het Europees Jaar van het Cultureel Erfgoed en zal in Vlaanderen dan ook het voortouw nemen.

En U ?
Is U klaar ?

Contacteer ons indien U een idee heeft of wil lanceren, indien U een project heeft, indien U op één of andere wijze wil meewerken aan een industrieel archeologisch luik van EYCH2018

 

U KUNT VVIA BIJ DEZE EN ANDERE ACTIVITEITEN STEUNEN
WORD LID